Slapen.

 Slapen, slapen, slapen
 ik wilde niet meer ontwaken
 maar steeds kwamen ze me storen
 en moest ik luisteren met beide oren.
 
 er werd gezegd ga toch door
 en blijf niet liggen op een oor
 ik hoop als ik weer in wil slapen
 ze toch weer over me waken.

 
                                        10 Oktober 1990
                                                 C.B.

 

  Acceptatie.

  Om mezelf te kunnen accepteren
  heb ik heel wat moeten leren
  niets was er mooi niets was er goed
  maar wie weet het beter hoe het moet.

  GOD daarboven of ik hier beneden
  sjonge wat heb ik geleden
  HIJ heeft me in een spiegel laten kijken
  en me voorgoed laten blijken.

  De buitenkant daar komt het niet op aan
  maar durf jezelf wel te zien staan
  en te zeggen wie of wat je bent
  want er is er maar EEN die je werkelijk kent.

 

                                                             25 September 1989,
                                                                                 C.B.

 


 Terugkijk.


 Als ik terug kijk op mijn leven
 dan schrik ik toch wel even
 er is daarin zoveel gebeurd
 het was niet allemaal mooi gekleurd.
 
 Veel verdriet, leed en pijn
 maar ik kon niet anders zijn
 ik moest eerst hier doorheen
 om te komen op de been.
 
 Geestelijk zowel lichamelijk
 het kwam allemaal gezamelijk
 als je zit er midden in
 heeft het leven niet veel zin.
 
 Maar ik ben er nu dankbaar voor
 want ik mag zijn een luisterend oor
 hoewel ik er nog graag over wil praten
 zal het weleens op de achtergrond geraken.
 
                                           
    25 September 1990
                                                           C.B.

 

  Rijkdom.
  Wat kan een mens ongelukkig zijn
  met al zijn leed, verdriet en pijn
  maar dan is de verlossing nabij
  en ben je reuze blij.
 
  Je denkt het is een heel gemis
  maar je weet dan pas wat het is
  want wat is rijkdom en geluk
  denk dat ik het weet stuk voor stuk.
  je van binnen lekker voelen
  en niet meer te hoeven woelen
  bang voor niemand te zijn
  wat is dat alles fijn.
 
  Maar het is moeilijk om zover te komen
  je zit steeds maar voor je uit te dromen
  en maar piekeren en maar denken
  en o wee als ze je krenken.
 
  Gedacht wordt dat maar al te vaak
  het zijn je gedachten die worden geraakt
  zet die gedachten uit je hoofd
  dan krijg je wat je eens is beloofd.
 
                                              
10 Oktober 1990
 
                                          NEXT